Centrale Voor Kredieten Aan Particulieren
Vóór kredietgevers mogen instemmen met een lening, moeten ze de Centrale voor Kredieten aan Particulieren (CKP) van de Nationale Bank van België raadplegen. Daarin kunnen ze zien hoeveel leningen iemand momenteel lopen heeft en of er een betalingsachterstand is.

Deze verplichte raadpleging moet vermijden dat consumenten een te grote schuldenberg opbouwen. Kredietbemiddelaars hebben geen rechtstreekse toegang tot de CKP; alleen de kredietgever mag de gegevens in de Centrale inkijken. Wel mag de kredietgever de kredietbemiddelaar een globaal antwoord geven als die er in het kader van een kredietbemiddeling om vraagt. Dit antwoord mag enkel betrekking hebben op het aantal kredietovereenkomsten en de som van de geregistreerde kredieten.
De kredietgever moet de CKP altijd raadplegen vóór het sluiten van de kredietovereenkomst, binnen een termijn van twintig dagen. Als de kredietovereenkomst niet binnen deze termijn wordt ondertekend, moet de instelling de Centrale opnieuw inkijken. Bovendien moet de kredietwaardigheid van de consument elk jaar opnieuw worden onderzocht, uiterlijk op de eerste werkdag na de verjaardag van de kredietovereenkomst. Deze verplichting geldt niet voor overeenkomsten met een nulstellingstermijn van één jaar of minder.
Verplichtingen bij wanbetaling
Als de CKP aangeeft dat een consument een betalingsachterstand heeft, moet de kredietgever passende maatregelen nemen.
Als het totale bedrag meer dan 1.000 euro bedraagt, mag de kredietgever geen nieuwe consumentenkredietovereenkomst sluiten.
Als het totale bedrag gelijk is aan of minder bedraagt dan 1.000 euro, moet de kredietgever een bijzondere motivering verstrekken.
Dit geldt voor een uitstaande betaling bij een consumentenkrediet en/of een hypothecair krediet met een roerende bestemming.
Kredietaanvraagformulier
Voor kredietovereenkomsten van meer dan 500 euro moeten de consument en de persoon die zich borg stelt een kredietaanvraagformulier (of vragenlijst) invullen. De informatie in het formulier moet voldoende zijn om de financiële situatie en de aflossingscapaciteit te beoordelen. De kredietgever moet dit formulier bewaren tot de lening volledig is afgelost.
Het formulier peilt naar:
Doel van de lening
De kredietgever of -bemiddelaar moet weten waarvoor de consument de lening wil gebruiken.
Inkomsten
Gedetailleerde informatie over het loon of andere inkomsten om de aflossingscapaciteit te beoordelen.
Personen ten laste
Overzicht van alle personen die financiële steun nodig hebben, wat de betalingscapaciteit kan beïnvloeden.
Lopende leningen
Het aantal bestaande kredieten en het openstaande saldo zijn van cruciaal belang voor de beoordeling van de kredietwaardigheid.
Verstrekking van gegevens
Consumenten en borgpersonen mogen deze informatie alleen verstrekken aan kredietgevers. Kredietbemiddelaars kunnen ze inkijken en verwerken.
Bericht van de raadpleging
Als een lening geweigerd wordt, heeft de consument het recht om het resultaat van de raadpleging op te vragen bij de kredietgever. De kredietgever moet de volgende informatie delen:
Het resultaat van de raadpleging van de Centrale.
De identiteit en het adres van de verwerkingsverantwoordelijke van de geraadpleegde bestanden.
Indien nodig, de identiteit en het adres van de geraadpleegde kredietverzekeraar.
Kredietgevers mogen nooit een vergoeding vragen als een lening geweigerd wordt. Wel mogen ze een vergoeding vragen voor de kosten voor de raadpleging van de Centrale. De kredietgever moet dit bericht bewaren tot de volledige lening is afgelost en ten minste drie jaar.
Regels voor aanvullende diensten
Wanneer een consument een lening afsluit, mogen kredietgevers en -bemiddelaars niet eisen dat die persoon een andere overeenkomst afsluit bij diezelfde kredietgever, -bemiddelaar of een door hen aangewezen instantie.
Het is bovendien aan de kredietgever of -bemiddelaar om aan te tonen dat de consument een vrije keuze had en zelf mocht kiezen bij wie hij of zij aanvullende overeenkomsten aangaat. De bewijslast ligt bij hen.